Maritiem Digitaal

collectie zoeksyteem van de maritieme musea


Journaal gehouden ] in t'Schip de "Ridderschap van Hollandt". ]

titelJournaal gehouden ] in t'Schip de "Ridderschap van Hollandt". ] 
soortjournaalmanuscript 
signatuurHs-0276 
inventarisnummerA.4467(01) 
museumHet Scheepvaartmuseum   Het Scheepvaartmuseum
makerBitter, Johan 
datum1683 - 1688  
pagina's13, 16 bl. 
annotatieHet journaal werd bijgehouden van 9 april tot 26 november 1683. De journaalhouder deelt op de eerste pagina mee dat hij zich in Amsterdam aanmeldde voor Raad van Justitie. In zijn journaal houdt hij zakelijke gegevens bij, zoals aantal gezeilde mijlen, gegiste lengte, breedte en koers. Hij meldt wie er overlijden, en hoe, en beschrijft ook het straffen van iemand die van diefstal beschuldigd is. Omdat het schip bij aankomst in Indië door tegenwind voor Bantam voor anker moet, gaat de schrijver met een aantal mensen in een sloep naar Batavia. Hij beschrijft hoe hij stilletjes in het Kasteel kwam, waar men nogal vrolijk bleek te zijn omdat de heer Casembroot juist als Directeur van Perzië was voorgesteld. Men begroette hem met de woorden 'Ben je daar'. Daarna ging de schrijver naar zijn kinderen. Hij meldt dat er die avond in Batavia nog veel mensen op straat waren. Doordat het scheepssoldijboek van de 'Ridderschap' bewaard is gebleven, is bekend dat de auteur van dit journaal Johan Bitter was. De journalen van de 'Ceilon', 'Ternate' en 'Waalstroom', die in dezelfde hand geschreven zijn, kunnen ook aan hem toegeschreven worden. Bitter was -voor de tweede keer- aangenomen als Raad van Justitie. Het journaal van de 'Waalstroom' zit in één band met dat van de 'Ridderschap van Hollandt', de andere twee journalen zitten samen in: Cat. I 278. Zie: Dutch-Asiatic Shipping, reis 1456.1. Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel VIII, p. 112 - 113. Valentijn, Oud en Nieuw Oost-Indien, 1726, deel IV : 1, p. 385. Blussé, Strange Company, ch. VIII.Het journaal werd bijgehouden van begin december 1687 tot 21 augustus 1688. De 'Waalstroom' vertrekt volgens Dutch-Asiatic Shipping (reis 5838.1) op 1 december 1687 van Batavia, in een retourvloot van vijf schepen. De journaalhouder noemt de vier andere schepen van de vloot en vermeldt daarbij wie de schipper was. Het schip ''t Brilletje' wordt in DAS niet genoemd, terwijl het volgens de journaalhouder tegelijk met de vijf andere schepen vertrok. Dit schip leed schipbreuk bij Kaap de Goede Hoop. Vergeleken met de journalen van de schepen 'Ceilon', 'Ternaten' en 'Ridderschap van Hollandt', die allemaal door Johan Bitter geschreven zijn, is dit laatste journaal het zakelijkst. Meer dan de gebruikelijke nautische gegevens en de schepen die onderweg gesignaleerd worden, wordt niet vermeld. Zie: Cat. I 278: de journalen van 'Ceilon' en 'Ternaten' en het journaal van 'Ridderschap van Hollandt' in één band met de 'Waalstroom'. Meer gegevens over de retourvloot: Dutch-Asiatic Shipping, reis 5838.1. Over Bitter zelf: Nieuw Ned. Biogr. Woordenb., deel VIII, p. 112 - 113. Valentijn, Oud en Nieuw Oost-Indien, IV: 1, p. 385. Blussé, Strange Company, ch. VIII. 
geografische naamSt. JagoBataviaNederlands-IndiëKaap de Goede Hoop [Afrika] 
startdatum1683 
einddatum1688 

Commentaar van bezoekers

 
  voeg uw commentaar toe
naam
email
commentaar
afbeelding uploaden
verificatie

Typ de tekst van het plaatje in het veld. Klik op het plaatje als de tekst onleesbaar is.