Maritiem Digitaal

collectie zoeksyteem van de maritieme musea


Boeierke, genaamd Jannetje.

titelBoeierke, genaamd Jannetje. 
inventarisnummerFSM-K-060 
collectieSchepen    
museumFries Scheepvaartmuseum   Fries Scheepvaartmuseum
makerZee, Auke van der 
omschrijvingTjotter of Boeierke genaamd Jannetje. Schaal 1:1. Rondhouten en tuigage: De tjotter had een mast waaraan een stagfok een een gaffelgrootzeil werden gevoerd. De rondhouten en de zeilen ontbreken. De romp: Het voorschip en het achterschip zijn rond met terugvallende boeisels. Opvallend is dat de tjotter een berghout heeft (normaal fungeerd de bovenste huidgang als stootrand). De romp is opgebouwd uit een kielgang (geen kielbalk!) en zes huidgangen. De boot is gepiekt. Vlaktilling van 6 graden. Het schip van voor naar achter: De voorsteven is bekleed met metaalplaat. Op de bovenkant daarvan zijn twee metalen ogen gemaakt. Daaraan werden de voorstag en de voorpunt van de fok bevestigd. De Aan weerszijden van de voorsteven kluisborden en berentanden. Deze zijn met snijwerk versierd. De kluisborden zijn versierd met bladertakken rond een cirkelvorm (dicht kluisgat). De berentanden zijn versierd met kraalranden en bladertakken aan de voor- en zijkanten en halve maanvormen aan de bovenkant. De bovenkant van het boeisel (potdeksel) is aan de voorkant bekleed met koperplaat. Het boeisel is in de gillings aan de voorkant versierd met snijwerk: twee voluten met bladertakken. Tussen de boeisels is in het voorschip een bedelbalk gemaakt. Deze is aan de bovenkant bekleed met koperplaat. Aan de achterkant is de bedelbalk voorzien van snijwerk: in de hoeken waaiervormen en in het midden bladertakken met twee kwasten een krulvorm. Aan binnenkant van het schip zijn de spanten te zien. De messelbank heeft in het midden een mastkoker met metalen borgplaat. Op de uiteinden van de messelbank zijn klossen met gaten gemaakt. Het zijn de schootogen voor de fokkeschoten. De boeisels zijn aan de buitenkant versierd met ingesneden biezen en een kraalrand aan de onderkant. Aan de binnenkant zijn de boeisels in het achterschip gedubbeld. De zwaarden zijn met bouten en vleugelmoeren aan deze gedubbelde boeisels bevestigd. De koppen van de zwaarden zijn verdikt met halve maanvormige zwaardkoppen. De bovenkant van de zwaardkoppen zijn bekleed met koperplaat. De randen van de zwaarden zijn voorzien van metaalbeslag. Het boutgat is voorzien van een ruitvormige metalen plaat. De zwaardlopers gaan door een gat in het boeisel naar binnen en zijn belegd op korvijnagels in de spanten van het achterschip. De bodem van het schip is bekleed met buikdenningen. Voor de achterbank is de buikdenning verhoogd. Het midden van het achterbank is als luik verwijderbaar. De voorwand van het achterhuis is voorzien van een schuifluik. Daarboven is een hennebalk aangebracht. De bovenkant van de hennebalk is bekleed met koperplaat. De hennebalk is aan de voorkant voorzien van snijwerk: waaiervormige ornamenten, S-vormige bladkrullen en in het midden de scheepsnaam met opliggende letters: 'JANNETJE'. De boeisels zijn aan de achterkant voorzien van snijwerk: een voluut met bladertak. De boeisels zijn op de plaatsen van het snijwerk bedekt met koperplaat. Het roer is met twee roerhaken opgehangen aan de achtersteven. De kop van het roer is verdikt. Aan de voorkant daarvan steekt een stalen helmstok naar voren met daarop een houten handgreep. Op de kop van het roer een roerleeuw (apart beschreven onder inv.nr. J-109). Over de rug van het roer koperplaat met daaraan een koperen vlaggenstokhouder. Daarin is een gebogen vlaggenstok met rood-wit-blauwe vlag gestoken. De kleuren: De romp is gelakt. Het onderwaterschip is zwart. Het berghout is zwart. De boeisels zijn aan de onderkant gelakt. De bovenste delen van de boeisels zijn standgroen met een groene invulling van de ingesneden biezen en een witte kraalrand aan de onderkant. Het snijwerk van de boeisels (voluten met bladeren) zijn wit. De berentanden en kluisborden zijn wit met verguld snijwerk. De zwaaren zijn gelakt, evenals het roer. De binnenkanten van de boorden zijn gelakt. De koppen van de spanten zijn rood. De binnenkanten van de boeisels zijn in het achterschip lichtgroen. De buikdenningen zijn wit met een grijze marmering. De bedelbalk is wit met rode biezen en verguld snijwerk. Ook de hennebalk is wit met rode biezen en verguld snijwerk. De roerleeuw is verguld en het kussen is groen en wit. Accessoires: geen. 
afmetingenhoogte 90.0 cm 
breedte 155.0 cm 
lengte 400.0 cm 
Diepgang 19.0 cm 
 
startdatum1921 
einddatum1921 

Commentaar van bezoekers

 
  voeg uw commentaar toe
naam
email
commentaar
afbeelding uploaden
verificatie

Typ de tekst van het plaatje in het veld. Klik op het plaatje als de tekst onleesbaar is.