Maritiem Digitaal

collectie zoeksyteem van de maritieme musea


Scheepsmodel van een zeiljacht uit de dertig-kwadraat-klasse.

titelScheepsmodel van een zeiljacht uit de dertig-kwadraat-klasse. 
inventarisnummerFSM-1982-144 
collectieScheepsmodellen    
museumFries Scheepvaartmuseum   Fries Scheepvaartmuseum
makerFerwerda, Gerben 
omschrijvingScheepsmodel van een zeiljacht uit de dertig-kwadraat-klasse. Op spanten gebouwd. Steven en kielbalk van eikenhout, spanten van essenhout, rondhouten van grenenhut en de huid van mahoniehout. Schaal 1:7½. Tuigage: Het jacht heeft één mast. De mast staat in een mastkoker op het voordek. Aan de bovenkant wordt de mast gehouden door een voorstag en aan weerszijden door twee zijstagen. De voorstag is met een harpsluiting vastgemaakt aan een T-ijzer op het voordek. De twee voorste zijstagen zijn met wantspanners vastgezet op de binnenkant van de boorden (door de gangboorden heen). De achterste twee zijstagen kunnen naar believen naar voren of naar achteren gezet worden. Ze lopen met een harpsluiting op een metaaldraad die in de lengterichting op de gangboorden zijn gespannen. De stagen worden naar achteren vastgezet met een touw dat is belegd op een houten klamp op de gangboorden. Aan de mast worden zeilen van witte katoen gevoerd: een stagfok en een gaffelgrootzeil. Het voorlijk van de stagfok is met metalen leuvers bevestigd aan de voorstag. De hals van de stagfok is met een ketting vastgezet op een T-ijzer op het voordek. De fokkeval loopt over een houten blok aan de top van de mast en is belegd op de nagelbank aan de mastkoker. De fokkeschoten lopen door houten blokken op de gangboorden. Deze blokken zijn bevestigd op een gatenrail: ze kunnen naar believen naar voren en een naar achteren vastgezet worden. Na de blokken lopen de fokkeschoten over de kuiprand naar binnen en zijn belegd op houten klampen tegen de binnenkant van de kuiprand. Het grootzeil is voorzien van een eneigszins gebogen gaffel die boven de mast uitsteekt. De gaffel heeft een houten klauw. De gaffel wordt gehesen met een klauwval en een nokkeval, die zijn belegd op de nagelbank aan de mastkoker. Het voorlijk van het grootzeil is met raktouwen aan de mast bevestigd. De onderkant van het grootzeil is vastgezet in een gleuf in de bovenkant van de giek. De giek is met een scharnierbaar oog vastgezet aan een stang aan de achterkant van de mast. De giek is daardoor in hoogte verstelbaar. De halstalie ontbreekt echter. In het achterlijk van het grootzeil zijn zes zeillatten gestoken. Aan beide kanten van het zeil het zeilnummer 1. De grootschoot loopt door drie blokken aan de giek en één blok op een overloop op het achterdek. De blok aan het achtereind van de giek hangt aan een scharnierende metaalstrip. De andere twee blokken aan de giek hangen aan giekringen met houten rollers. Deze zijn onderling verbonden met touwen. De grootschoot is belegd op een bolder op de kielbalk. Op de top van de mast een rood-wit-blauwe windvaan (verklikker). De blokken zijn niet voorzien van lopende schijven. De romp: De voorsteven heeft de vorm van een overhangende lepelboeg. Het achterschip plat en voorzien van een schuine spiegel. De bodem is rond. Het grootspant heeft een U-vorm. Het jacht is voorzien van ene vaste kiel. Het model van voor naar achter: De voorsteven is voorzien van koperbelag. Van de voorsteven naar de speigel loopt horizontaal een stootrand en verticaal een waterlijst. Op het voordek, net achter de voorsteven, een T-ijzer waaraan de voorstag en de fokkehals zijn vastgezet. Daarachter een bolder met metalen nagle. Van de bolder naar de mast loopt over het midden van het dek een opstaande rand. Aan de voet van de mast een nagelmank met koperen korvijnagels. Daarachter begin de kuip. Van boven gezien heeft de kuip een granaatvorm. De kuip is voorzien van een opstaande kuiprand. Op de gangboorden de gatenrails voor de fokkeschootblokken, de metaaldraad voor de achterste zijstagen en twee houten klampen. In de kuip zijn onder de gangboorden open kastjes gemaakt. Voor en achter zijn twee losse dwarsbanken geplaatst. De ruimte onder het voordek is open. De bodem is bedekt met buikdenningen. In het middenschip is in de buikdenningen een hoosluik gemaakt. De ruimte onder het achterdek is open. Ter hoogte van de achterkant van de kuip is net onder de stootrand de naam van het jacht geschilderd: 'Li'. Het roer hangt schuin aan de achterkant van de kiel. De roeras steekt door het achterdek naar boven. Het helmhout heeft een gebogen vorm. Van de achterkant van de kuip naar het midden van de spiegel loopt een overlangse opstaande rand. Achter het helmhout een metalen overloop voor de grootschoot. Kleuren: De romp is gelakt. Het onderwaterschip is wit. De voorkant van de kiel is rood. Net onder de stootrand is een zwart-gouden bies geschilderd. Het dek is grijs. De waterlijsten en de overlangse lijsten zijn gelakt. De kuip, de mast en de rondhouten zijn gelakt. Accessoires: stander. 
afmetingenhoogte 148.0 cm 
breedte 31.0 cm 
lengte 100.0 cm 
 
startdatum1982 
einddatum1982 

Commentaar van bezoekers

 
  voeg uw commentaar toe
naam
email
commentaar
afbeelding uploaden
verificatie

Typ de tekst van het plaatje in het veld. Klik op het plaatje als de tekst onleesbaar is.