Maritiem Digitaal

collectie zoeksyteem van de maritieme musea


Speelscheepje in de vorm van een Baltimoreschoener.

titelSpeelscheepje in de vorm van een Baltimoreschoener. 
inventarisnummerFSM-1982-002 
collectieScheepsmodellen    
museumFries Scheepvaartmuseum   Fries Scheepvaartmuseum
makerJelmers, Wiensen 
omschrijvingSpeelscheepje. Model in de vorm van een Baltimoreschoener met twee masten. Uitgehold blokmodel. Rondhouten en tuigage: Het model heeft twee masten en een boegspriet. De beide masten zijn voorzien stengen, die daaraan met twee metalen beugels (ezelshoofden) zijn bevestigd. De fokkemast wordt aan de voorkant gehouden door twee vaste (ongetakelde) voorstagen op de boegspriet. Aan weerszijden wordt fokkemast gehouden door een staand want van de vier hoofdtouwen met weeflijnen (touwladders) en door een loped want (bakstag). De fokkesteng wordt aan de voorkant gehouden door een vaste voorstag van de top van de steng naar de voorpunt van de boegspriet. De grote mast wordt aan de voorkant gehouden door twee voorstagen die zijn vastgezet op ogen in het voordek. Aan weerszijden wordt de grote mast gehouden door een staand want van drie hoofdtouwen zonder weeflijnen en door een lopend want (bakstag op het achterdek. De grote steng wordt gehouden door een voorstag op de top van de fokkemast. De zijstagen (staand en lopend want) zijn aan de boorden vastgezet met puttingijzers. De boegspriet rust in een stoel op het voordek en is met een beugel vastgezet op de voorsteven. Aan de onderkant wordt de boegspriet gehouden door een waterstag van het midden van de boegspriet naar de scheg. Van de voorpunt van de boegpriet lopen twee waterstagen naar een metalen stampstok (schuin naar beneden wijzende stok die ook wel Spaanse ruiter werd genoemd) en splitsen zich achter deze stok in twee stagen die zijn vastgezet op de voorsteven. Aan weerszijden wordt de boegspriet gehouden door een boegwant van twee hoofdtouwen die zijn vastgezet op de buitenkant van de het boeisel. De bovenkant van de boegspriet hangt in de voorstagen van de fokkemast. Het model is niet uitgerust met zeilen. Wel zijn er ra's, een gaffel en een giek aangebracht, alsmede de vallen en schoten van de zeilen. Aan de voorkant van de fokkemast kunnen een stagfok en een kluiverfok gehesen worden. De vallen van de beide fokken zijn vastgehaakt aan lussen aan de beogspriet: die van de kluiverfok op de punt van de boegspriet en die van de stagfok halverwege de boegspriet. De fokkeschoten ontbreken. Aan de fokkemast zijn drie ra's gehangen. Alle drie ra's zij voorzien van schoten aan de uiteinden ervan. De schoten van de onderste ra lopen rechtstreeks naar beneden en zijn belegd op het boeisel. De schoten van de middelste ra lopen via blokken aan het onderste ezelshoofd van de grote mast en zijn belegd op klampen aan de voet van de grote mast. De schoten van de bovenste ra lopen via het bovenste ezelshoofd aan de grote mast en zijn belegd op klampen aan de voet van deze mast. Aan de achterkant van de fokkemast is plaats voor een gaffelzeil. Daartoe hangt een gaffel aan de fokkemast. Aan de top van de gaffel zijn geerden gemaakt. Dit zijn touwen die lopen van van de gaffeltop naar de beide boorden en hebben tot doel de gaffel in bedwang te houden. Het langsscheepse zeil aan de gaffel zeil wordt gezeild met losse broek, dat wil zeggen zonder giek. De grote mast is voorzien van een grote gaffel en een grote giek. Daaraan kan het grootzeil gehesen worden. De gaffel wordt gehesen met een piekeval en een klauwval. Tussen de top van de gaffel en de top van de grote steng loopt een lijn. De giek hangt aan de voorkant met een zwanehals in een oog in de mast. De achterkant van de giek hangt in een kraanlijn. Tussen de top van de gaffel en de achterkant van de giek loopt een lijn. De grootschoot loopt door een dubbelschijfsblok aan de giek en is belegd op een hakkeblok dat is vastgezet op een overloop op de spiegel. De vallen van de zeilen en de schoten zijn belegd op de nagelbanken aan de voet van de beide masten en op klampen aan de mast. In de top van de fokkemast een blauwe vlag met Hollands hoekje (dorpsvlag van Heeg). In de top van de grote mast is aan een vlaggenlijn een vlaggenstok met rode vleugel gehesen. Aan de lijn tussen de top van de gaffel en het achtereind van de giek is een rood-wit-blauwe vlag geknoopt. De blokken zijn van hout en zijn niet voorzien van lopende schijven. De romp: Het voorschip heeft een vorm van een schoener: scherp met een puntige scheg. Het achterschip heeft een zwaar overhellende spiegel. De bodem is rond en buikig en voorzien van een grote kiel, die aan de onderkant is verzwaard met metaal. Het model van voor naar achter: Op de scheg is een soort kluivernet geschilderd. Op de voorsteven de boegspriet. Daarachter de stoel waarin de de achterkant van de boegspriet rust. Over de boeisels liggen twee ankers. De ankerkettingen lopen door de kluisgaten naar binnen, lopen over de braadspil en daarna door klapmutsen (L-vormige buizen) door het voordek naar binnen. Achter de braadpil een luikhoofd met scharnierbaar, bol luik. Aan de voet van de fokkemast een nagelbank. Tussen de beide masten het luikhoofd van het ruim, dat is bedekt met één groot luik, en een kaapstander. Achter de grote mast een nagelbank en een lichtkap met traliewerken in de zijwanden. Achter het staande want van de grote mast zijn aan beide kanten davits gemaakt waarin sloepen hangen. Het achterdek is verhoogd. Het is te bereiken met twee trappen. Langs de trappen leuningen en langs de randen van het achterdek relingen. Tussen de beide trappen is in de voorwand van het achterdek een deur met bolle overkapping gemaakt. In het midden van het achterdek een ronde lichtkap. Net voor de spiegel staat op het achterdek een houten stuurkast met stuurwiel. Op de boeisels bij de trappen naar het achterdek is aan beide kanten de naam van het schip geschilderd: 'ZEEMEEUW'. De spiegel is versierd met een opgeplakte touwrand met knoop. Daarbinnen is een geschilderd opschrift: 'ZEEMEEUW / VAN HEEG / AV / GESTRAND OP AMELAND / 13 DESEMBER 1823'. Kleuren: De romp is zwart. Het onderwaterschip is wit. Het boeisel is voorzien van een brede gele bies en twee smalle rode biezen. Op de scheg is een bladertak geschilderd (als op klippers) en een kluivernet. De binnenkanten van de boeisels zijn wit. De dekken zijn lichtbruin. De stoel van de boegspriet, de braadspil en het luik op het voordek zijn wit. De luik tussen de beide mast is bruin. De kaapstander is wit met op de kop een rode ster. De lichtkap achter de grote mast is wit met een rode bies. De relings van het achterdek zijn wit. De deuren tussen de trappen zijn zwart. Het stuurhuis op het achterdek is zwart. De rondhouten zijn gelakt. Het opschrift op het achterdek is wit op een zwarte achtergrond. Accessoires: een stander, twee sloepen en twee ankers. 
afmetingenhoogte 156.0 cm 
breedte 21.5 cm 
lengte 106.0 cm 
 
startdatum1823 
einddatum1823 

Commentaar van bezoekers

 
  voeg uw commentaar toe
naam
email
commentaar
afbeelding uploaden
verificatie

Typ de tekst van het plaatje in het veld. Klik op het plaatje als de tekst onleesbaar is.