Maritiem Digitaal
collectie zoeksyteem van de maritieme musea
Volmodel van het schip 'De Liefde', ex 'Erasmus'
| titel | Volmodel van het schip 'De Liefde', ex 'Erasmus' |
|---|---|
| inventarisnummer | M14 |
| collectie | modellen en maquettes |
| museum | Maritiem Museum Rotterdam
 |
| maker | Werumeus Buning, F.E.; Nederlandsch-Japansche Vereeniging |
| scheepsnaam | Liefde[scheepsnaam], Erasmus[scheepsnaam] |
| omschrijving | Het houten model van ‘de Liefde’ heeft een wit geverfd onderwaterschip. Het model is uitgevoerd als driemaster waarbij alle masten zijn voorzien van een mars en verlengd met een steng. Boegspriet, voorkasteel en kampanje zijn versierd met een groen geschilderde band met gele geometrische versiering die rood is ingelegd. De fokke- en de grote mast voeren twee ra’s met aangeslagen zeilen, aan de bezaansmast enkel een latijnzeil als bezaan, de boegspriet voert een blinde. Alle masten zijn gestaagd met hoofdtouwen en weeflijnen die met jufferblokken en talrepen zijn gespannen aan een rust met puttingijzers. Het schip heeft aan beide zijden 8 geschutpoorten met rode valpoorten en acht uitgerolde kanonnen. Aan de verschansing van het kampanjedek is per zijde nog een draaibas opgesteld.
Aan beide zijden van het voorkasteel is een stokanker vastgesjord met een ankerkabel die via een opening naast de boegspriet naar binnen loopt. Voor de grote mast is een roosterluik geplaatst. Ook in het kampanjedek is een roosterluik geplaatst met een mangat en ladder naar het verdek. Om het achterschip is een open galerij geplaatst en op het groen geschilderde hakkeboord prijkt een beeld van Erasmus met daarboven een enkele lantaarn. Onder de galerij zien we naast het roer aan beide zijden nog een – gesloten - valpoort
Het model heeft op de punt van de boegspriet een vlaggenmastje met de Nederlandse vlag, aan de fokkemast hangt een wimpel in de kleuren van Rotterdam en aan de grote mast nog een Nederlandse vlag.
Volmodel in vitrine Tussen 1595 en 1602 (toen de VOC werd opgericht) werden maar liefst 14 handelscompanieën opgericht tbv de handel naar/met de Oost. De Rotterdamse Companie werd in 1598 op initiatief van twee Vlaamse kooplieden in die stad, Pieter van der Hagen en Johan van der Veeken opgericht en rustte een vloot van vijf schepen uit. Bij vertrek bestond de vloot, die onder commando stond van admiraal Jacques de Mahu (die op zee stierf en werd vervangen door vice admiraal Simon de Cordes), uit de schepen ‘Blijde Boodschap’, ‘Geloof’, ‘Hoop’, ‘Postiljon’, ‘Trouw’ en de ‘Liefde’ (die eerst ‘Erasmus’ heette, maar net als de andere schepen vóór het vertrek een andere, voor de reis meer toepasselijke naam had gekregen) Op 27 juni 1598 vertrok de vloot uit het Goereese Gat voor de expeditie die zowel een handels- als een kaapvaart doel voor ogen had. Na een reis vol ontberingen waarbij een hoop schepelingen het leven lieten bereikte de vloot Straat Magelhaes op 4 April 1599 om de straat pas op de 3de September van dat jaar te verlaten. Tussen de Straat van Magellaan en de kust van Chili dreef de 'Blijde Boodschap' naar het zuiden af, de 'Geloof' keerde met een minimale bemanning naar huis terug en de 'Trouw' werd veroverd. Van de twee overgebleven schepen werden de kapiteins en in totaal 50 bemanningsleden door indianen vermoord bij verschillende pogingen om verversingen te krijgen. Op beide schepen werden nu nieuwe kapiteins aangesteld. Op de Hoop werd dit de twintigjarige zoon van de vermoorde Simon de Cordes, eveneens Simon geheten, dus Simon de Cordes Jr. De Liefde kreeg tot kapitein Jacob Quaeckernaeck. De opvarenden van de ‘Hoop’ en de ‘Liefde’ besloten in november 1599 naar Japan te zeilen, maar de 'Hoop' ging op de Stille Oceaan verloren. Zwaar beschadigd wist de 'Liefde', onder kapitein Jacob Quaeckernaeck, op 19 april 1600 een van de Japanse eilanden (Kyushu) te bereiken. Van de bij vertrek ruim 100 bemanningsleden haalden slechts 24 of 25 man het eind van de reis en negen daarvan overleden korte tijd later. De Japanners confisqueerden het schip, maar lieten de bemanning vrij en zij wisten al snel een vertrouwenspositie te bereiken bij de Shogun van Japan. In 1603 is de vroegere gezagvoerder van de Liefde, Jacob Quaeckernaeck, met een zekere Melchior van Santvoort in een jonk naar Malakka gevaren, waar de Nederlanders in Patani een handelskantoor hadden. Zij hadden brieven bij zich van de Japanse regering met een uitnodiging om met de Japanners handel te drijven waardoor de komst van de Liefde in Japan aanleiding geweest tot de belangrijke handel van de in 1602 opgerichte VOC met Japan. Het schip is met een Japanse bemanning in Japanse wateren verloren gegaan waarbij het hekbeeld van Erasmus, wat het schip nog steeds sierde werd geborgen. Dat beeld staat heden ten dagen nog in het Nationaal Museum van Tokio opgesteld. |
| afmetingen | lengte 55 cm breedte 21.5 cm hoogte 47 cm |
| startdatum | 1940-02-24 |
| einddatum | 1941 |
Bekijk ook
Commentaar van bezoekers