Maritiem Digitaal

collectie zoeksyteem van de maritieme musea


Notitieboekje met dagboek/reisverslag door Ede Abraham Zeilinga (1848-1918), van een (plezier-)reis in 1865 van Amsterda...

titelNotitieboekje met dagboek/reisverslag door Ede Abraham Zeilinga (1848-1918), van een (plezier-)reis in 1865 van Amsterdam naar St. Petersburg die hij maakte aan boord van het schoenerschip 'Piet Hein' van rederij Kaars Sijpesteijn uit Krommenie, met kapitein Aldert Jacobs Meijer (1821-1877), zijn aangetrouwde oom die gehuwd was met zijn tante Grietje Zeilinga (1817-1877) 
inventarisnummerH3041 
collectiehandschriften    
museumMaritiem Museum Rotterdam   Maritiem Museum Rotterdam
makerZeilinga, Ede Abraham 
omschrijvingHet notitieboekje is aan twee zijden beschreven (beginnend bij de gemarmerde kartonnen kaften), aan de ene zijde met in potlood het dagboek/reisverslag en aan de andere zijde in inkt en potlood met aantekeningen over de kosten van garen, touw, linnen en (zeil-)doek in St. Petersburg, een oefening in schoonschrift van de namen E.A. Zeilinga en J.C. Visser, een schetsje van een brug en brug(wachters-?)huisje en een aantekening over ontvangen roebels. Het dagboek beschrijft de tocht vanuit Nieuwendam/Amsterdam naar St. Petersburg en begint op 26 april 1865 en eindigt op 7 juni van hetzelfde jaar. Zeilinga maakte de reis mee als 17-jarige en beschrijft de voortgang van de zeiltocht en in St. Petersburg de bezienswaardigheden en gebeurtenissen die hij meemaakt. Hij stamt uit een zeilmakersgeslacht, wat verklaart waarom hij relatief veel melding maakt van de tuigage en zeilvoering. Onderweg beschrijft hij de positie van het schip (o.a. de problemen met het passeren van Oosterdoksluis, Pampus, beloodsing, het kasteel van Elsinor, Kopenhagen, etc.) en noemt hij de schepen met welke de 'Piet Hein' samen opzeilt of tegenkomt. Af en toe maakt Zeilinga melding van het eten dat genuttigd werd en (uiteraard) de heersende windrichting en melding van neerslag. Een enkele bijzonderheid wordt gemeld, zoals het passeren van ‘een groote stoomboot’ (de 'Hamburg'), het op zee kopen van vis van visschuitjes en het voorkomen van drijfijs in de Oostzee. Het inklaren in Rusland/Kronstadt wordt beschreven, waar hij kadetten ziet exerceren. In St. Petersburg ziet Zeilinga allerlei bijzondere bouwwerken, waaronder een bijzondere brug, de Nicolaaskapel met gouden dak, een badhuis, het keizerlijk paleis, een vesting met gouden spits, pakhuizen, de vogeltuin, standbeeld Peter de Grote, kerken waaronder een gereformeerde kerk en de ‘groote kerk’, een Hollands magazijn van Engbert en Smelt, de manege (bloemententoonstelling), de beurs, een schipbrug, standbeelden, de hermitage, (zalen, beelden, oudheidkundige resten, meubilair, schilderijen), kleding en de lijnbaan van de heren Cazelett & Zoon. Op gebied van de handelsreis vermeldt hij het laden en lossen van hennep, pijpklei en potas. De veel kortere beschrijving van de terugreis begint op 9 juni en eindigt op 12 juni, op welk moment Nieuwendam/Amsterdam nog niet bereikt is. De reizen corresponderen nauw met de diverse krantenberichten/scheepstijdingen in zowel het Algemeen Handelsblad als de Rotterdamsche Courant en Nieuwe Rotterdamsche Courant. Aan het einde van de notities over de terugreis van St. Petersburg naar Amsterdam bevindt zich een aanspraak van de hand van Neeltje Zeilinga aan haar broer Ede Abraham Zeilinga. Neeltje Zeilinga is geboren op 10 mei 1851 te Amsterdam als dochter van Feije Zeilinga en Anna Catharina Berke. Zij overleed te Den Haag op 10 november 1923 en was gehuwd op 29 juni 1876 in Amsterdam met Albert Cleyndert (geboren te Nieuwendam op 3 juli 1852 als zoon van Hendrik Cleyndert en Trijntje Vis, en overleden te Zaandam op 11 juni 1915). Schoener 'Piet Hein': tweemastschoener van 155 ton. Gebouwd bij Gebroeders Meursing te Nieuwendam voor rederij B.W. Kaars Sijpesteijn te Krommenie. In 1873 (januari) werd het schip als vermist opgegeven (omgeving van Maracaibo). Nieuwe Rotterdamsche Courant van 24 augustus 1851: Rotterdam, 23 augustus. De 19e dezer is van de werf van de heer W.H. Meursing te Nieuwendam met goed gevolg te water gelaten het schoenerschip PIET HEIN, groot ongeveer 100 lasten, gebouwd voor rekening van de heer W. Kaars Sijpesteyn en gevoerd zullende worden door kapt. A. Meijer. Aldert Jacobs Meijer was van 185-1866 kapitein. Volgens de bestaande literatuur had rederij Kaars Sijpestijn een tweede tweemastschoener die ook 'Piet Hein' heette (in 1862 gebouwd als 'Consul Voelkel' bij Meursing voor Kaars Sijpesteijn en in 1867 hernoemd in 'Piet Hein', die in 1887 naar Frankrijk verkocht werd), wat zou betekenen dat er een aantal jaren twee tweemastschoeners met de naam 'Piet Hein' van dezelfde reder hebben rondgevaren. Dit lijkt onwaarschijnlijk en zou nagezocht moeten worden. 
startdatum1865 
einddatum1865 

Commentaar van bezoekers

 
  voeg uw commentaar toe
naam
email
commentaar
afbeelding uploaden
verificatie

Typ de tekst van het plaatje in het veld. Klik op het plaatje als de tekst onleesbaar is.