Maritiem Digitaal
collectie zoeksyteem van de maritieme musea
Model van de Prinses Albertina, een schip van de Friese Admiraliteit.
titel | Model van de Prinses Albertina, een schip van de Friese Admiraliteit.
|
---|
inventarisnummer | FSM-2016-016
|
---|
collectie | Geschiedenis Friese scheepvaart
|
---|
museum | Fries Scheepvaartmuseum
|
---|
maker | Smits, Eimert
|
---|
omschrijving | Model van de Prinses Albertina Op spanten gebouwd. Schaal niet bekend (1:50)
De romp: Het voorschip is rond en is voorzien van een galjoen. Het achterschip is gepiekt. De spiegel is plat en loopt naar boven breed uit om vervolgens weer te versmallen. De bodem is rond en is voorzien van een kielbalk. Aan bakboord is een deel van de beplanking weggelaten waardoor de spanten te zien zijn. Aan stuurboord is een deel van de beplanking van het boeisel weggelaten waardoor ook daar de spanten te zien zijn.
Rondhouten en tuigage:
Het schip heeft een boegspriet en drie masten. De boegspriet hangt met één voorstag aan de fokkemast. In het galjoen is de boegspriet vastgezet met een woeling (touwlussen). Aan de achterkant steekt de boegspriet door de het galjoen. Onder boegspriet hangt een ra. Op de voorkant van de boegspriet een blindesteng die met een want van drie hoofdtouwen wordt gehouden op het kraaiennest op de voorkant van de boegspriet. Aan de blindesteng hangt een ra. De fokkemast staat op het voordek en bestaat uit drie delen: de mast, de marssteng en de bramsteng. Alle drie mastdelen zijn met wanten vastgezet op rusten (op de romp) en op de onderliggende kraaiennesten. Bovendien wordt de marssteng gehouden door een lopend want in de vorm van een bakstag. Aan de fokkemast drie ra's. De grote mast bestaat uit drie delen: de mast, de marssteng en de bramsteng. De mast wordt aan de voorkant gehouden door een voorstag op de fokkemast. Aan de zijkanten wordt de grote mast en de stengen daarboven gehouden door staande wanten (vastgezet op rusten aan de romp en op de onderliggende kraaiennesten). Bovendien wordt de marssteng gehouden door een lopend want in de vorm van een bakstag. Aan de grote mast hangen drie ra's. De bezaanmast op het achterschip bestaat uit twee delen: de mast en de steng. De bezaanmast wordt gehouden door een voorstag naar de voet van de grote mast, door staande wanten (die zijn vast gezet op rusten aan de romp en op het onder de steng liggende kraaiennest). Aan de bezaanmast hangen een ra en een bezaansroede (giek van het latijnzeil). Alle masten en de blindesteng zijn voorzien van een vlaggenmast. De verstaging is van donker touwwerk. Het schip heeft geen zeilen. De blokken zijn niet voorzien van lopende schijven.
Het model van voor naar achter.
Het galjoen is gebogen V-vormig en is voorzien van een roosterdek met reling. Op een balk tussen de relingen korvijnagels. Het galjoen loopt uit in snijwerk in de vorm van een leeuw. Aan het einde van het galjoen steken de kraanbalken schuin naar voren uit het voorschip. De kraanbalken zijn niet voorzien van ankers. Op het verhoogde voordek een nagelbank, bolders, ringen en een rooster. Rondom het voordek een reling. Tussen het voordek en het lagere middendek is geen wand geplaatst. Op het middendek een rooster. Aan beide zijden van het middendek staan elf kanons. De grote mast staat iets voor de overgang van middendek naar halfdek. Aan de voet van de grote mast een nagelbank. De ruimte tussen middendek en halfdek is open. In het halfdek een trapgat. Op het halfdek aan weerszijden drie kanons. Achter op het halfdek de bezaanmast. Achter het halfdek de campagne. In de voorwand van de campagne is een deur gemaakt. Aan de achterkant van het campagnedek een vlaggemast (zonder vlag). De romp van het schip is voorzien van rusten voor de staande wanten en aan elke zijde geschutspoorten. Het geschutsdek telt aan weerszijden dertien geschutspoorten waaruit tien kanons steken. Het totaal antal kanons komt daarmee op 48 kanons waar ruimte is voor 54 stuks. Tegen het achterschip hangt de galerij. Tegen de spiegel een gesneden beeld van een dame geflankeerd door engelen. Onder drie ramen de wulf. Onder de wulf het roer en aan weerszijden daarvan twee (lege) geschutspoorten.
Kleuren: De romp is ongelakt. Boven de rusten zijn de boeisels en berghouten paars geschilderd met tempera. Het onderwaterschip is wit. Het snijwerk van de spiegel en galjoen is beschilderd in de kleuren rood, wit, zwart, oker, en rood. De binnenzijde van de boeisels zijn donkerrood. De galjoensleeuw is rood met geel. Accessoires: een losse stander.
|
---|
startdatum | 1995
|
---|
einddatum | 2015
|
---|
Commentaar van bezoekers